De Cevennen, een ongerept stukje Frankrijk - Singlereis

De minibus vertrekt ’s ochtends vroeg op een vlot bereikbaar punt in Vlaanderen of Brussel. We rijden (950 km) naar ons eerste verblijf, een mooi gerenoveerde boerderij in de heuvels rond Le Pont-de-Montvert in het midden van het Parc National des Cévennes. De gite biedt een wonderlijk uitzicht en ligt dichtbij de befaamde Stevenson-route (GR70), die we niet systematisch volgen maar wel geregeld kruisen.
In een eerste lusvormige wandeling maken we kennis met de streek. We steken de Tarn over, de rivier die slechts enkele kilometers verderop ontspringt, genietend van de wilde tocht die het water maakt. We trekken langs herderspaden naar l’Hôpital, een mooi bewaard dorp. Verderop steken we de rivier een tweede keer over via de befaamde ‘Pont du Tarn’. Naar het einde van de wandeling kunnen we in de Tarn zwemmen of baden.
De wandeling vertrekt aan twee ‘Puechs’, indrukwekkende getuigenheuvels die miljoenen jaren erosie hebben overleefd en in verschillende legendes voorkomen. We dalen af in een vallei dooraderd door ‘valats’ of beekjes. Onderweg rijgen we de gehuchtjes aan elkaar en genieten we van afwisselende vergezichten over het hele natuurpark. Op ons pad liggen ook enkele van de 150 menhirs van Cham des Bondons, stille getuigen van een bewoning die teruggaat tot in de prehistorie.
De mooi bewaarde boerderij Mas des Camargues is het vertrekpunt van een wandeling naar de Pic Cassini (1680 m), de tweede hoogste top van de Mont Lozère, die ons trakteert of een prachtig uitzicht.
Door uitgestrekte velden en langs rotspartijen trekken we over de top naar het brongebied van de Tarn. Op de terugweg volgen we de gestaag wassende Tarn tot aan een kristalhelder natuurlijk bad omsloten door granietrotsen. Daar kunnen we heerlijk zwemmen.
Vandaag trekken we naar het hoogste punt van de streek: de Sommet de Finiels van de Mont Lozère (1699 m). We volgen hiervoor een deel van de GR70. De Mont Lozère is een langgerekte bergrug die bezaaid is met afgeronde granieten rotsformaties waartussen vele bronnetjes opwellen en die weergaloze zichten biedt. Bij helder weer kunnen we de Alpen zien!
We gaan op weg richting ons tweede logies, een eenvoudig hotel in Le Rozier. Onderweg kunnen we veel moois zien en bezoeken, bijvoorbeeld de tegen de rotsen aangebouwde dorpen Sainte-Enimie en La Malène.
We zitten hier in het mekka van de kajaksport, dus als de groep daar zin in heeft, kan een kajaktocht van een uur of 2 zeker. Ook een wandeling in de adembenemende Gorges du Tarn behoort tot de mogelijkheden, bijvoorbeeld aan Le Point Sublime.
Le Rozier is een aangenaam dorp, mooi gelegen op de samenvloeiing van de Tarn en de Jonte. Het is er fijn verblijven en rondkuieren.
De laatste wandeling brengt ons op bovenop de Gorges du Tarn en de Gorges de la Jonte. Vanuit een gehuchtje wandelen we langs rotsen door een spectaculaire omgeving. We zijn omgeven door kalkrotsformaties in alle vormen en kleuren. Het gebied is bekend als broedplaats voor gieren. In grote groepen cirkelen ze rond tegen de staalblauwe lucht.
Terugreis naar België.